Cursus: Argumentatietheorie
Deel 1
© Hypothesis
ALGEMENE INLEIDING
Wat kunnen we in de cursus argumentatietheorie verwachten? Deze cursus argumentatie is geen praktische handleiding. De cursus zal voornamelijk over theorie gaan. De theorievorming over het argumenteren.
Wat is argumenteren, waarvoor wordt het gebruikt en hoe zou er het best geargumenteerd kunnen worden.
Maw. de cursus bespreekt normen voor argumentatief taalgebruik.
De theorie komt op twee manieren aan bod: zowel historisch als systematisch.
Historisch: Na deze inleidende les zullen we twee of drie lessen besteden aan de geschiedenis van de argumentatietheorie: de Klassieke retorica. Bij het behandelen van de klassieke retorica zullen we zien dat de basis die gelegd is in de klassieke oudheid nog steeds niet verouderd is.
Systematisch: We zullen verschillende opvattingen over
argumentatietheorie bekijken die op dit moment gehuldigd worden, waarvan sommige zelfs
verstrekkende politieke implicaties hebben.
INLEIDING TOT ARGUMENTATIETHEORIE
Wat is argumenteren? Dat is een van de eerste vragen die we te beantwoorden krijgen op
onze weg. We zullen om de discussie te openen een beschrijving introduceren die we in
uitgewerktere vorm bij van Eemeren zullen bespreken. Tevens is dit een illustratie van het
soort van theorieën die we zullen behandelen.
Al met al komen we tot de volgende omschrijving:
Argumenteren is die verzameling taalhandelingen waarbij de ene actor de andere van zijn standpunten probeert te overtuigen.
Wat wordt er nu in een argumentatie betrokken? M.a.w. waarover wordt gedebatteerd? Dit
lijkt in eerste instantie een triviale vraag. We kunnen eenvoudig antwoorden met:
standpunten, meningen, gezichtspunten.
Toch kan het zinvol zijn om nader aan te geven wat we hieronder verstaan, al was het maar
om een scheidslijn aan te geven tussen datgene waar wél en waar niét zinvol over
gediscussieerd kan worden.
Traditioneel wordt er een tweedeling gemaakt tussen twee verschillende soorten
situaties waarin geargumenteerd wordt.
wetenschappen | dagelijks leven |
BEWIJZEN Aantonen dat een uitspraak een ware descriptieve uitspraak is. Geschraagd door feiten en stellingen Bewijs. Waarom iets zus of zo is. Logica en bewijsvoering. |
OVERREDEN Overtuigen van een standpunt. Omkleed met argumenten. Betoog, Argumentatie. Waarom iets zus of zo gewaardeerd moet worden. Praktisch redeneren.
|
Bij het argumenteren spelen belangen een cruciale rol:
Bij het bestaan van bepaalde feiten
Bij het realiseren van bepaalde Standen van zaken.
Het gebied waar wij onze aandacht op zullen vestigen, heeft betrekking op het argumenteren in het algemene sociale verkeer, dus buiten de sfeer van de wetenschappen. In de wetenschappen is er idealiter sprake van de situatie waarin proposities bewezen worden, de waarheid aangetoond wordt. Argumentatie in de wetenschappen is aan veel striktere regels onderworpen dan argumentatie in het dagelijkse sociale verkeer. Deze regels worden ook veel strenger gehandhaafd, bijvoorbeeld door de wetenschappelijke tijdschriften, die strikte regels hanteren voor het toelaten van artikelen. Ook daar kan echter wel eens iets fout gaan, getuige de affaire van de koude kernfusie vorig jaar.
In het argumenteren is er sprake van de situatie dat we van een bepaald standpunt overtuigd moeten worden.
Het algemene communicatiemodel
Omdat argumenteren een talige activiteit is, wordt argumentatietheorie ook vaak ingedeeld bij de taalbeheersing of bij de communicatietheorieën.
In al deze gebieden wordt meestal het volgende schema gehanteerd, als model voor
communicatie in het algemeen:
Zender |
Boodschap |
Ontvanger |
Zender: de redenaar, in het algemeen degene die iemand anders ergens van wil overtuigen.
Boodschap: De tekst, met als kenmerk een argumentatieve inhoud.
De ontvanger: het publiek, degenen die overtuigd moeten worden.
In de Wetenschappen: Zender= deskundige, boodschap= een bepaalde theorie, ontvanger= vakgenoten
Dagelijks leven: Zender= iedereen, boodschap= betogende tekst, ontvanger= iedereen.
Eerder is ter sprake geweest dat meningen en opvattingen in de argumentatie ter
discussie staan. Geldt dat zonder meer voor alle meningen?
Meningen zijn verbonden met waardeopvattingen. De waardeopvattingen vormen een systeem,
waarin de afzonderlijke waarden een bepaalde plaats innemen, in een zogenaamde
waardehiërarchie.
Deze hiërarchie is te verdelen in waarden die een centrale positie innemen in het systeem
en waarden die meer aan de periferie van het systeem zitten.
Nu lijkt het alsof de bereidheid meningen ter discussie te stellen afhangt van de
waarden die bij de discussie in het geding zijn. Anders gezegd: de waarden die het hart
van het systeem vormen de bereidheid het geringst is deze ter discussie te stellen.
Misschien is het zelfs wel omgekeerd, dat de bereidheid deze meningen cq. waarden juist te
verdedigen en sterk te verdedigen en ze niet ter discussie te stellen. Hoe dat precies zit
zullen we in de cursus na moeten gaan.
|
|||||
Overtuigingen |
|
Overtuigingen |
|||
|
INLEIDING TOT HET OVERZICHT VAN DE KLASSIEKE RETORICA
We zullen in deze cursus eerst aandacht besteden aan de geschiedenis en aan het systeem
van de klassieke retorica. Het nadeel is misschien dat er veel Latijnse woorden in
voorkomen. Het voordeel is dat het zo'n duidelijk overzicht is, dat we in de latere
discussies veel zullen kunnen terugvallen op de begrippen die uit de klassieke retorica
afkomstig zijn.
De klassieke retorica is van oudsher een leerstuk over de redevoering: de
redevoering in het openbaar en dat kan zijn in een rechtszaak of op een politieke
vergadering bijvoorbeeld in de volksvergadering, of een herdenkingstoespraak.
Leerstuk betekent hier zowel een beschrijving geven van, als een methode geven voor.
Bezwaren tegen de retorica
In het overzicht van de geschiedenis zullen we zien dat de bezwaren die tegen de klassieke
retorica ingebracht zijn, terug te voeren zijn op de notie van Leerstuk.
Tegen de retorica is namelijk ingebracht, dat het een rigide systeem is dat de spreker opzadelt met een vracht aan regels, die allen dienen om te overtuigen. M.a.w. dat wie de regels nu maar toepast, zoals die door de leer voorgeschreven worden, succes zal boeken als spreker in het openbaar.
Ten tweede werd als bezwaar ingebracht, dat de retorica de overreding ten dienste staat, en niet de waarheid. M.a.w. de redenaar is in staat evengoed onwaarheden als waar te doen aanvaarden door een publiek.
Het zal duidelijk zijn dat dit nooit de bedoeling geweest is van de
retorica, maar het zal ook duidelijk zijn dat door de aard van leerstuk, de retorica
gemakkelijk tot zo'n rigide systeem kon worden.
In het historische overzicht kunnen we lezen dat dit de reden was dat de retorica
voor
lange tijd afgedaan werd als een minderwaardige trukendoos, niet waard om verder
bestudeerd te worden. Intellectuelen, die zich in onze traditie altijd voor de WAARHEID
ingezet hebben, lieten zich er al helemaal niet mee in.
Wat voor ons van belang is in te zien is, dat de klassieke retorica, vanuit het leerstuk
geworden is tot een systeem dat weer te geven is met de term rationele persuasie.
Het gaat dan niet meer om een systeem, waarin voorschriften voor de spreker gegeven
worden, maar om een systeem waarin de voorwaarden beschreven worden die moeten leiden
tot een situatie waarin van redelijk argumenteren sprake is.
© Hypothesis